Werkwijze
Home » Werkwijze
MSD Advies gebruikt de inmiddels klassieke ‘triple bottom line’ (people, planet, profit) als overkoepelende benadering om oplossingen voor projecten te genereren. De achterliggende gedachte is dat een oplossing zal stand houden wanneer deze tegemoet komt aan de wensen en eisen van alle betrokkenen, in harmonie is met ecosysteem Aarde, en bovendien financieel verantwoord is. Aan de dimensies People, Planet, en Profit wordt als volgt invulling gegeven.
People
Voor de bewoner is het comfort van de leefomgeving van cruciaal belang. Thermisch comfort wordt gewaarborgd door in het ontwerp nadruk te leggen op het voorkomen van koudeval, en het behalen van gunstige stralingswaarden van de verschillende oppervlakken in de verblijfsruimten. Omdat per project de mogelijkheden hiertoe verschillen wordt steeds opnieuw bekeken welke technieken het meest geschikt zijn om een hoogwaardig thermisch comfort te realiseren.
Daarnaast wordt in het ontwerp ook veel aandacht besteed aan de akoestiek van de installaties, waarbij met name ervaringen uit de praktijk met verschillende ventilatiesystemen nauwgezet wordt gevolgd. Situaties waarbij bewoners het ventilatiesysteem onklaar maken als gevolg van geluidsoverlast zijn te voorkomen door toepassing van de juiste technieken.
De mate van controle die de bewoner kan uitoefenen over het binnenklimaat is evenzeer belangrijk voor het woongenot. Nieuwe technieken zoals vloerverwarming vragen wel om een ander gebruik van de woning. De bewoner(s) worden daarom goed ingelicht, en er wordt ervoor gewaakt dat de interface van de regeling gebruiksvriendelijk is.
Planet
Duurzaamheid gebeurt niet in isolatie, maar is een eigenschap van de infrastructuur als geheel. De bebouwde omgeving vormt hierin een cruciale schakel als gebruiker van energie, voedsel, water, en overige producten en diensten. De reeds aanwezige infrastructuur in de omgeving wordt daarom voor elk project geïnventariseerd, en er wordt een inschatting gemaakt van haar toekomstperspectief. Warmtenetten zijn bijvoorbeeld niet per definitie wenselijk of onwenselijk. Maar wanneer de warmte wordt geleverd door een afvalverbrandingscentrale moeten we ons afvragen of een aansluiting hierop wel de goede keuze is; we zijn immers op weg naar een circulaire economie waarin afval in toenemende mate wordt gerecycled. De huidige invoer van afval uit voornamelijk Engeland is bovendien een vrij onzinnige en kwetsbare activiteit.
Wanneer de randvoorwaarden voor het installatieontwerp zijn vastgesteld worden de mogelijkheden uitgewerkt met de Trias Energetica en de Waste Hierarchy als leidraad. Volgens de Trias Energetica moet energieverbruik in eerste instantie zoveel mogelijk voorkomen worden. Bijvoorbeeld door het (aanvullend) isoleren van de gebouwschil, het terugwinnen van warmte uit douchewater, en het toepassen van lage temperatuur vloerverwarming. De volgende stap is de energievraag zoveel mogelijk door hernieuwbare bronnen te verzorgen, bijvoorbeeld met inzet van zonnecollectoren en zonnepanelen, of zelfs een urban windmill. Vervolgens dient de resterende energievraag door fossiele bronnen zo efficiënt mogelijk ingevuld te worden, waarbij gedacht kan worden aan een HR-ketel die de piek van het energieverbruik in de winter opvangt. Deze laatste stap behoort na de energietransitie tot het verleden.
De Waste Hierarchy is net als de Trias Energetica een stappenplan, maar dan voor materiaalgebruik. Ook hierbij is het voorkomen van de vraag de eerste stap (Reduce). Er valt wellicht een slag te maken door het gebouw minimalistisch(er) te ontwerpen, maar zal in de praktijk grotendeels afhangen van de wensen en eisen van de opdrachtgever. Wel kan het gebouw met oog op de toekomst ontworpen worden. Zo hoeft een kozijn met dubbelglas niet na 20 jaar te worden vervangen wanneer deze eveneens reeds geschikt is voor driedubbelglas. De tweede stap, Reuse, omvat het hergebruik van materiaal. In een nieuw te bouwen gebouw kunnen gebruikte materialen toegepast worden zoals toiletpotten, dakpannen en tuintegels. Het gebouw kan eveneens zo ontworpen worden dat de bouwelementen gemakkelijk opnieuw te gebruiken zijn door inzet op modulariteit. Balken, wanden, en vloeren kunnen hergebruikt worden wanneer deze van hoogwaardige kwaliteit zijn en nadien zonder schade weer verwijderd kunnen worden; vastschroeven heeft zo de voorkeur boven lassen en verlijmen. Materialen ongeschikt voor hergebruik dienen gerecycled te worden. Modulair bouwen is ook hier van groot belang, omdat de materialen zo gemakkelijk gescheiden kunnen worden als input voor de verschillende recyclingsprocessen. Verbranden (Recovery) en storten (Landfill) van materiaal vormen de vierde en vijfde stap van de Waste Hierarchy, en zullen in een volledig circulaire economie niet meer van toepassing zijn.
Profit
Om de meest (kosten-)effectieve maatregelen te identificeren wordt altijd de Total Cost of Ownership (TCO) van mogelijke opties berekend. Op deze manier worden niet alleen de investeringskosten inzichtelijk, maar worden ook de verwachte energiebesparing, levensduur, en onderhoudskosten meegewogen. Op basis van terugverdientijden en gemiddelde jaarlijkse kosten van de verschillende maatregelen kan de opdrachtgever vervolgens een onderbouwde beslissing maken. Op termijn zullen de analyses worden uitgebreid met klimaatprognoses, waarvan de invloed op de koel- en verwarmingslasten naar verwachting aanzienlijk is.
Uit onderzoek blijkt dat terugkoppeling van het actuele energieverbruik in de woning aanzet tot energiebesparend gedrag; het maakt mensen bewust en geeft inzicht in de besparingsmogelijkheden.